Huiskamerdienst 19 april
Liturgie 19 april 2020
Voorganger: Ds Dennis vd Zee.
Ga naar NGKV op youtube Ga naar de kerkradio
Aansteken kaars
Stil gebed + Votum en Groet
Opwekking 715 – Wat hou ik van Uw huis
Wat hou ik van uw huis,
Heer van de hemelse legers.
Ik kan zo sterk verlangen naar
de binnenpleinen van de Heer.
Diep in mijn lijf is zo’n heimwee,
zo’n blijvende schreeuw om de levende God.
Een vogel is er thuis,
Heer van de hemelse legers.
Een zwaluw voedt haar jongen op
bij u onder de pannen, God.
Wonen bij u is een zegen,
zo’n blijvende kans om te zingen voor u.
Gelukkig wie naar u
vol van verlangen op weg zijn,
zelfs in het dorre bomendal
zien zij een bron en regenval,
gaan ze van zegen tot zegen,
naar God die verschijnt in zijn heilige stad.
Ach hoor en kijk naar mij,
Heer van de hemelse legers.
Ja liever één dag dichtbij u
dan duizend dagen zonder u.
Liever bij u aan de drempel
dan binnen te zijn in een duistere tent.
De Heer beveiligt ons,
eer en geluk zal hij geven,
hij heeft zijn liefde nooit ontzegd
aan mensen, eerlijk onderweg.
Heer van de hemelse legers,
gelukkig zijn zij die vertrouwen op u.
Wat hou ik van uw huis!
Gebed voor de Schriftlezing
Kindermoment en Kinderlied
Schriftlezing: 1 Tess 1:1-10 NBV
1 Van Paulus, Silvanus en Timoteüs. Aan de gemeente in Tessalonica, die toebehoort aan God, de Vader, en de Heer Jezus Christus. Genade zij u en vrede. –
2 Wij danken God altijd voor u allen: wij noemen u onophoudelijk in onze gebeden 3 en gedenken dan voor onze God en Vader hoeveel uw geloof tot stand brengt, hoe krachtig uw liefde is en hoe standvastig u blijft hopen op de komst van Jezus Christus, onze Heer. 4 God heeft u lief, broeders en zusters. Wij weten dat hij u heeft uitgekozen: 5 onze verkondiging aan u overtuigde immers niet alleen door onze woorden, maar ook door de overweldigende kracht van de heilige Geest. U weet hoeveel we voor u hebben betekend toen we in uw midden waren. 6 U hebt ons nagevolgd, en daarmee de Heer: onder zware beproevingen hebt u het woord ontvangen met de vreugde van de heilige Geest. 7 Zo bent u een voorbeeld voor alle gelovigen in Macedonië en Achaje geworden. 8 Want het woord van de Heer heeft zich vanuit uw gemeente niet alleen in Macedonië en Achaje verspreid, uw geloof in God vindt ook weerklank buiten die gebieden. Wij hoeven daarover niets te vertellen; 9 iedereen praat erover hoe wij door u zijn ontvangen en hoe u zich van de afgoden hebt afgewend om u tot God te keren – om hem, de levende en ware God, te dienen 10 en om zijn Zoon te verwachten uit de hemel: Jezus, die hij uit de dood heeft doen opstaan en die ons zal redden van het komende oordeel.
Opwekking 689 – Spreek O Heer
Spreek, o Heer, door uw heilig woord,
dat ons hart U hoort en verzadigd wordt.
Zaai uw woord, plant het diep in ons,
en verander ons naar uw evenbeeld,
zodat Christus licht in ons zichtbaar is,
onze daden maakt tot getuigenis.
Spreek, o Heer, en voltooi in ons,
wat uw hand begon tot uw heerlijkheid.
Leer ons Heer, uw volmaakte weg,
echte need’righeid en gehoorzaamheid.
Toets ons hart en ons denken nu,
in het heilig vuur van uw zuiverheid.
In geloof zien wij dan uw majesteit,
en uw liefde leidt ons tot heerlijkheid.
Woord van hoop, dat ons leven deed,
overwinning geeft over ongeloof.
Spreek, o Heer, maak ons denken nieuw,
laat de diepten zien van uw plan met ons.
Woord dat klonk voor de tijd begon,
onze vaste grond tot in eeuwigheid.
Uw genade geeft ons de zekerheid:
al wat U belooft, wordt eens werk’lijkheid.
Spreek,o Heer, en voltooi uw kerk,
en uw scheppingswerk tot uw heerlijkheid.
Uw genade geeft ons de zekerheid:
al wat U belooft, wordt eens werk’lijkheid.
Spreek,o Heer, en voltooi uw kerk
en uw scheppingswerk tot uw heerlijkheid.
Spreek, o Heer, en voltooi in ons
wat uw hand begon tot uw heerlijkheid.
Verkondiging
Opwekking 624 Wees genadig
De woorden die U sprak, Heer,
ben ik al weer vergeten.
Het vuur van uw beloften
is langzaam uitgedoofd.
Met een hart vol van twijfel
volg ik aardse wijsheid,
vergeef mij toch mijn ongeloof;
hernieuw het vuur in mij.
Wees genadig, Heer,
vergeef mij.
Wees genadig voor mij.
Wees genadig, Heer,
vergeef mij.
Wees genadig voor mij.
Ik bouwde zelf een altaar
van dingen van de wereld.
Ik wandelde op wegen
ver bij U vandaan.
Nu keer ik terug en stort mij
in uw armen van genade.
Vergeef mij, Heer en help mij
opnieuw uw weg te gaan.
Wees genadig, Heer,
vergeef mij.
Wees genadig voor mij.
Wees genadig, Heer,
vergeef mij.
Wees genadig voor mij.
Ik hunker naar uw liefde,
barmhartig en genadig,
als een stroom van vergeving
die geen einde kent.
Alles in mij buigt nu voor U,
hier in uw nabijheid.
Het licht van uw verlossing
schijnt helder in de nacht.
Wees genadig, Heer,
vergeef mij.
Wees genadig voor mij.
Wees genadig, Heer,
vergeef mij.
Wees genadig voor mij.
Leefregel: Deuteronomium 10:12-13 NBV
12 Israël, bedenk dus dat de HEER, uw God, niets anders van u vraagt dan dat u ontzag voor hem toont, dat u de weg volgt die hij u wijst, dat u hem liefhebt, hem met hart en ziel dient 13 en zijn geboden en wetten, die ik u vandaag voorhoud, naleeft; dan zal het u goed gaan.
Psalm 25 vers 2, 6 en 10
2. Heer’, ai, maak mij Uwe wegen,
Door Uw woord en Geest bekend;
Leer mij, hoe die zijn gelegen,
En waarheen G’ Uw treden wendt,
Leid mij in Uw waarheid, leer
IJvrig mij Uw wet betrachten.
Want Gij zijt mijn heil, o Heer’,
‘k Blijf U al den dag verwachten.
6. Wie heeft lust den Heer’ te vrezen,
‘t Allerhoogst en eeuwig goed?
God zal Zelf zijn leidsman wezen,
Leren, hoe hij wandlen moet.
‘t Goed, dat nimmermeer vergaat,
Zal hij ongestoord verwerven,
En zijn Godgeheiligd zaad
Zal ‘t gezegend aardrijk erven.
10. Hoed mijn ziel,en red z’ uit noden,
Maak mij niet beschaamd, o Heer’;
Want ik kom tot U gevloden.
Laat d’ oprechtheid meer en meer,
Met de vroomheid, mij behoen.
‘k Wacht op U in mijn ellenden,
Laat Uw hand, in tegenspoen,
Israel verlossing zenden.
Dankgebed en voorbede
Geven:
maak uw gift over op de rekening van de diaconie van een van beide kerken.
de Rank: NL 81 RABO 0157 6741 34
Goede Herderkerk: NL 70 RABO 0159 1200 20
Psalm 42 vers 1, 3 en 5 – ‘t Hijgend hert, der jacht ontkomen
1. ‘t Hijgend hert, der jacht ontkomen,
Schreeuwt niet sterker naar ‘t genot
Van de frisse waterstromen,
Dan mijn ziel verlangt naar God.
Ja, mijn ziel dorst naar den Heer’;
God des levens, ach, wanneer
Zal ik naadren voor Uw ogen,
In Uw huis Uw Naam verhogen?
3. O mijn ziel, wat buigt g’ u neder?
Waartoe zijt g’ in mij ontrust?
Voed het oud vertrouwen weder;
Zoek in ‘s Hoogsten lof uw lust;
Want Gods goedheid zal uw druk
Eens verwisslen in geluk.
Hoop op God, sla ‘t oog naar boven;
Want ik zal Zijn Naam nog loven.
5. Maar de Heer’ zal uitkomst geven,
Hij, die ‘s daags Zijn gunst gebiedt.
‘k Zal in dit vertrouwen leven,
En dat melden in mijn lied;
‘k Zal Zijn lof zelfs in den nacht
Zingen, daar ik Hem verwacht;
En mijn hart, wat mij moog’ treffen,
Tot den God mijns levens heffen.
Zegen